VRAGEN:
- Wat doet een rechter?
A) Opkomen voor de belangen van zijn/haar cliënt. Dus partijdig zijn.
B) Verslag maken van de zitting.
C) Beslissen of iemand de wet heeft overtreden. Dus oordelen over de rechtszaak.
– - Wat is het verschil tussen onvoorwaardelijke en voorwaardelijke straf?
A) Niks. Alleen het ene woordje heeft “on”ervoor.
B) Onvoorwaardelijke straf is straf die daadwerkelijk wordt uitgevoerd. Voorwaardelijke straf wordt pas uitgevoerd als de veroordeelde zich niet aan bepaalde voorwaarden houdt.
C) Onvoorwaardelijke straf wordt pas uitgevoerd als de veroordeelde zich niet aan bepaalde voorwaarden houdt. Voorwaardelijke straf wordt daadwerkelijk uitgevoerd.
– - Wat is “wraking”?
A) Een verzoek aan de rechtbank om een rechter te vervangen, omdat hij partijdig zou zijn.
B) Doordacht plan maken om wraak te nemen op iemand.
C) Verzamelnaam voor begrippen zoals gevangenhouding en gevangenneming.
– - Uit hoeveel rechters bestaat een meervoudige kamer?
A) Minimaal 2 rechters.
B) Minimaal 3 rechters.
C) Minimaal 4 rechters.
– - Wat betekent “in hoger beroep gaan”?
A) Je wilt graag doorstuderen.
B) Je laat je rechtszaak opnieuw behandelen door een hogere rechter.
C) Je laat je rechtszaak behandelen door een mediator, dus niet door een rechter.
Beneden vind je de antwoorden!
ANTWOORDEN:
1) C
2) B
3) A
4) B
5) B
0-2 vragen goed
3-4 vragen goed
5 vragen goed
Hoeveel heb jij er goed? Let me know!
Je mag 1 x raden hoeveel ik goed had Beatrix. leuke vragen heb je gemaakt.
LikeLike